Dat heeft de rechtbank Amsterdam bepaald op 29 januari 2010 in een kort geding tussen Bomecon Equipment B.V, een constructie- en verhuurbedrijf, deskundig op het gebied van hijstechniek, tegen Van Gerwen Werkmaatschappij B.V., waarbij Meta Kuyvenhoven van Versteeg Wigman Sprey advocaten optrad voor Bomecon.
Van Gerwen is een hijsbedrijf en verhuurt hijswerktuigen -en materialen. In 2006 heeft zij van Bomecon een gevelsteker (de OPSTEKER) gekocht en sindsdien verhuurt zij deze. Bomecon heeft geconstateerd dat Van Gerwen deze gevelsteker vijf maal slaafs heeft nagebootst en dat zij al deze nabootsingen verhuurt en daarvoor reclame maakt. Van Gerwen veroorzaakt hierdoor verwarring en handelt daarmee onrechtmatig jegens Bomecon.
De Voorzieningenrechter oordeelde dat het voldoende aannemelijk is dat Van Gerwen de gevelsteker van Bomecon als uitgangspunt heeft genomen voor de door haar ontwikkelde gevelsteker. Als belangrijkste punt heeft Bomecon naar voren gebracht dat het bij de afwijkingen niet gaat om essentiële punten, maar om details van ondergeschikt belang, en dat de totaalindruk van beide producten exact hetzelfde is waardoor verwarring bij het relevante publiek te duchten is. Ook met de door Van Gerwen aangebrachte wijzingen lijkt het product van Van Gerwen sprekend op dat van Bomecon waardoor Van Gerwen verwarring veroorzaakt en onrechtmatig handelt. De Voorzieningenrechter oordeelde dan ook onder meer dat Van Gerwen het (slaafs) nabootsten van de gevelstekers van Bomecon en de exploitatie van de nagebootste gevelstekers onmiddellijk dient te staken en gestaakt te houden.
Lees hier verder:
http://www.iept.nl/files/2010/IEPT20100129_Rb_Amsterdam_Bomecon_v_Van_Gerwen.pdf