”Tell a friend’ systemen op websites zijn onder voorwaarden toegestaan, aldus OPTA en CBP. Tell a friend is rechtmatig als tenminste is voldaan aan de volgende voorwaarden:
1. De communicatie gebeurt volledig op eigen initiatief van de internetgebruiker (of afzender), de website stelt hier geen (kans op) beloning tegenover voor afzender of ontvanger;
2. Voor de ontvanger moet het duidelijk zijn wie de initiatiefnemer van de e-mail is, zodat hij diegene kan aanspreken als hij niet gediend is van dergelijke mails.
3. De afzender moet volledige inzage hebben in het bericht dat namens hem wordt verzonden, zodat hij de verantwoordelijkheid kan nemen voor de persoonlijke inhoud van het bericht.
4. De website in kwestie mag de e-mailadressen en andere persoonsgegevens niet gebruiken of bewaren voor andere doeleinden dan het eenmalig verzenden van een bericht namens de afzender. Daarnaast dient de website het systeem te beveiligen tegen misbruik, zoals het geautomatiseerd verzenden van spam.
”Tell a friend” is de mogelijkheid voor een internetgebruiker om via een website een bekende op de hoogte te stellen van een bepaalde boodschap of nieuwtje van die site. Deze marketingmethode (viral marketing) wordt zeer breed toegepast op websites en raakt zowel de bevoegdheden van OPTA als van het CBP. De twee toezichthouders hebben een gezamenlijk rechtsoordeel opgesteld om duidelijkheid te scheppen over de voorwaarden waaronder ”Tell a friend”-systemen rechtmatig gebruikt kunnen worden.
Bij ”Tell a friend”-systemen verzendt een website (op initiatief van en namens een gebruiker) een e-mail zonder voorafgaande toestemming van de geadresseerde. Dit valt onder het verbod op het verzenden van ongevraagde elektronische berichten voor commerciële, ideale of charitatieve doelen (spam). Een persoonlijk e-mailadres is verder altijd een persoonsgegeven. De Wet bescherming persoonsgegevens stelt eisen aan het gebruik van persoonsgegevens.